1. KUNSTMATIGE CONCEPTIE

Er zijn meerdere omstandigheden, die dezelfde imprint geven. Er worden hier dus ook omstandigheden genoemd die niet op jou van toepassing zijn geweest, maar het gaat om de gemeenschappelijke imprint die is ontstaan.

Wanneer er geen natuurlijke conceptie kon plaatsvinden en er medische hulp nodig was, betekent dit in ieder geval dat er al lang(ere) tijd naar jou werd uitgekeken. De kinderwens was waarschijnlijk sterk aanwezig en je ouders hebben lang op jou moeten wachten. Dit kan heftige emoties met zich meebrengen.

Wanneer je bent ontstaan door IVF of ICSI heeft de bevruchting buiten het lichaam van je moeder plaatsgevonden. Hierdoor kan het zo zijn dat je terwijl je opgroeide moeilijk los kon komen van je moeder.

In een klinische omgeving werden de eicellen en spermacellen bij elkaar gebracht. Toen hier meerdere embryo’s uit ontstonden, werd er gekeken welke embryo’s geschikt waren voor terugplaatsing. Dat jij er uit gekozen werd om teruggeplaatst te worden kan voor een overlevingsschuldgevoel hebben gezorgd. Ook woede, angst, depressiviteit en in doodsangst leven kunnen hier het gevolg van zijn.

Bang zijn voor naalden, spuiten en vooral om gesneden te worden is iets wat je vaker terugziet bij deze kinderen.

Het moet een zeer spannend proces voor je ouders zijn geweest, wat ook zijn weerslag op jou heeft gehad…ook al was je bestaan nog maar zo pril. Je ouders hebben veel moeite gedaan om jou te krijgen. Je bent dus zeer gewenst, maar je draagt óók de imprint van onzekerheid, beoordeeld worden, perfect moeten zijn en een gevoel van er wel of niet mogen zijn, in je.

Eén van de diepste kenmerken bij kunstmatig verwekte kinderen, is een intens verlangen/heimwee naar het leven van vóór de traumatische verwekking. Een heimwee naar het eindeloze en ongedeelde bewustzijn dat goed was. Het gevoel dat je nog HEEL was.

De kans is groot dat je later in je leven moeilijk een bodem kunt vinden, dwangmatig op zoek bent naar houvast en verbinding.

De volgende affirmaties kunnen je helpen:

  1. Ik ben op mijn plek, waar ik ook ben
  2. Ik voel dat ik onderdeel ben van een groter geheel
  3. Ik streef mijn eigen doelen na. Het gaat niet om wat ik bereik, het gaat om wie ik word onderweg naar mijn doel.
  4. Ik ben dankbaar voor mijn bestaan
  5. Ik maak de beste keuzes vanuit mijn intuïtie
  6. Ik voel dat het beste nog gaat komen
  7. Mijn ouders mogen hun handen dichtknijpen met mij
  8. Ik neem mijn plek in
  9. Ik stel mij open voor anderen
  10. Ik heb altijd een keuze
  11. Ik mag onderweg zijn naar iets